lezen
Iedereen is anders
Je hebt zo van die mensen die op elk moment van de dag zin hebben in lezen. Ze zijn op hun gelukkigst met hun neus in de boeken. Onder een boom, aan tafel, in de zetel of het bed, in de trein… maakt niet uit! Er mag een bom vallen, vlakbij, onverstoorbaar rijgen ze de letters en woorden aan hun leesdegen. De ene boekenwurm zweert bij fictie. Verhalen, strips, poëzie, sprookjes… spannend, romantisch, vol fantasie, dramatisch, avontuurlijk. De andere leest om te weten. Kranten, reviews, recepten. Informatieve boeken over verre landen, historische figuren, het menselijk lichaam, fauna en flora, wetenschappen, opvoeding. Geen thema waarover nog geen boek verscheen.
Aan de andere kant, zij die dus niet graag lezen. Ze trekken hun neus op voor boeken. Het is tijdverlies. Het gaat te langzaam. Het kost te veel moeite. Geen interesse. Ze doen het gewoon niet graag. Ze lezen omdat het moet.
Verschillen, ze mogen er zijn
Ook de toppertjes van onze school verschillen van elkaar! Vraag hen naar hun zin in lezen en het gaat van ‘supergraag’ over ‘een beetje af en toe’ naar ‘heeeelemaal niet graag!’
Lezen is overal
We worden omringd door geschreven taal. Lezen is als wandelen door de toegangspoort van de wereld. We kunnen niet zonder. Dus is het maar best dat onze kinderen goed leren lezen. Technisch lezen, maar ook begrijpend lezen. En het liefst ook (een beetje) graag.
Met deze speciale editie van de topg@zet gunnen we jullie een blik op hoe we in onze school op verschillende manieren kinderen warm maken voor lezen.
leeskwartier
In heel wat van onze klassen begint de dag lekker chill. De kinderen komen binnen. De brooddozen gaan in de bak, de jassen in de kriebeltas, het huiswerk in het rekje. Op bord staat ook nog wat de kinderen moeten klaarleggen voor de les. En als dat gebeurd is… lekker lezen maar. In zalige rust met zachte muziek. In een boek naar keuze. De stress van de ochtendrush smelt zo weer weg. Heerlijk!
voorlezen
Eén kwartier, elk kind, elke dag. Met die slogan moedigt Iedereen leest ons aan om tijdens de Voorleesweek van 20 tot 28 november elke dag (minstens) een 15 minuten voor te lezen in de klas. Omdat dat écht een verschil maakt!
Reuze! Wij doen mee! Door dat vervelende virusbeest kunnen we echter geen (groot)ouders verwelkomen die in de klas van hun (klein)kind(eren) komen voorlezen. Maar dat hoeft geen ‘afstel’ te zijn. We hopen deze mooie activiteit alsnog later in het schooljaar te kunnen organiseren!
Gelukkig wordt hier een heel jaar lang voorgelezen. Oh, wat genieten de kinderen van het moment dat juf zich in haar vertelstoel nestelt en met aangepaste stem voorleest uit de meest spannende en grappige boeken. “Dat boek wil ik zelf ook lezen!”
tutorlezen eerste graad en 5L
In het oude Rome was een tutor iemand die voogd was over een minderjarig kind.
Tadaaa! Tweeduizend jaar later hebben wij op onze school ook tutors (lees ‘tjoetors’): de kinderen van het vijfde leerjaar! Het is nou niet meteen hun taak om de kinderen van de eerste graad te beschermen of toe te zien op hun centen. Nee, ze lezen wekelijks gezellig samen in ‘samenleesboekjes’.
Die boekjes zijn geschreven in twee verschillende leesniveaus. Leesniveaus die elkaar om de paar regels afwisselen. De beginnende lezer leest het lagere niveau, de ervaren lezer de moeilijkere zinnen. En dat alles in één en hetzelfde verhaal!
Tot aan de paasvakantie genieten de tweedeklassers van juf Annik van het tutorlezen, erna zijn de jongens en meisjes van juf Tine aan de beurt.
Dank u wel, vijfdeklassers, jullie zijn gediplomeerde tutors en wel, CUM LAUDE! (= met lof)
begrijpend lezen
Daarnet nog in Rome… nu dagdromen we noordelijker en wel richting Pisa. Niet dat we uw kostbare tijd gaan opsouperen aan weetjes over een scheve toren die beetje bij beetje wegzinkt in de onstabiele ondergrond.
Nee, Pisa, staat ook voor Programme for Internationale Student Assessment. Een groot leeronderzoek waarvan de resultaten om de drie jaar in de actualiteit komen. “Het gaat slecht met ons onderwijs” blokletteren ongenuanceerde krantenkoppen dan. Alsof horen tot de Europese subtop voor wiskunde en lezen beschamend slecht is.
Maar, we kunnen wel niet voorbijgaan aan de dalende trend die uit het onderzoek blijkt op vlak van leesplezier en begrijpend lezen. Onze jongeren lezen steeds minder graag en kunnen uit een tekst ook niet zo goed meer de informatie filteren die ze nodig hebben.
Daarom hebben we hier in onze school terug meer aandacht voor.
We werken sinds kort met nieuwe taalboeken. ‘Taalkanjers’ in de eerste en tweede graad. ‘Talent’ in het vijfde en zesde leerjaar. In deze methodes is veel aandacht voor het werken met en begrijpen van teksten. Teksten verschillend van niveau en aard. Teksten die uit leuke jeugdboeken geplukt zijn, die interesse opwekken, die uitdaging bieden.
Bovendien gebruiken we ook de materialen ‘Doe wat je leest’.
Hierbij moeten kinderen eenvoudige opdrachten uitvoeren waarvoor ze, met gerichte aandacht, de instructie heel precies dienen te lezen. Zoals hier in het voorbeeld van Korneel:
“Teken een verdrietige jongen naast een boom. In zijn hand heeft hij een groene en een roze ballon. Een rode ballon is er niet. Hij draagt een blauwe broek en een zwarte jas. Op zijn muts staat een appel getekend. Onderaan de boom groeien drie gele bloemen. Eén grote en twee kleine. De zon is half bedekt door een wolk.”
toneellezen
Toneellezen is een vorm van samenlezen. Twee lezers nemen de rol van een personage op zich en lezen de dialogen hardop. En zo voeren ze eigenlijk een toneelstukje op. Een goeie oefening in intonatie en… 100% garantie op leesplezier!
Ook zin in een expressieve oefening?
Wel, lees deze topgazet met een gevoel van de dobbelsteen!
lezen op eigen niveau
Hoeveel kinderen zou juf Tine van het eerste leerjaar in haar loopbaan al niet leren lezen hebben? We zouden hen de kost niet willen geven. Alhoewel, voor een topper is er altijd een plekje vrij!
Verder bouwend op de voorbereidende activiteiten in de kleuterklassen, treedt zij met haar leerlingen, en met veel geduld, stapje voor stapje de grote wereld van het lezen binnen. Letter voor letter, klankgroep voor klankgroep, woord voor woord. En wat genieten kinderen ervan om hun eerste zinnetjes te lezen!
De leesontwikkeling van een kind is een proces van jaren en verschilt van kind tot kind. Belangrijk is dus om de leesstukjes af te stemmen op het niveau van ieder kind. Niet te makkelijk – dat gaat vervelen – maar ook niet te moeilijk – het moet plezant blijven.
Daar wordt in de leescarrousel (in de eerste graad) en in de leesgroepjes (in de tweede graad) rekening mee gehouden. Op respectievelijk vrijdag- en dinsdagochtend lezen de kinderen in groepjes in aangepaste boekjes. En is er ook ruimte voor leesspelletjes, woordzoekers, lezen met de tablet, strips… In de ‘twistgroep’ worden de sterkste lezers dan weer flink uitgedaagd door juf Nele.
"Dikke dankjewel aan al onze lees(groot)ouders voor het begeleiden van de groepjes! U bent goud waard! En jij, juf Tine, … jij ook!"
vijfvingertest
Om een boek op het niveau van een kind te kiezen, kan er gekeken worden naar het AVI-leesniveau. Er is echter ook de vijfvingertest. Hierbij kiezen kinderen een boek dat er interessant uitziet. Ze lezen de eerste bladzijde. Bij een woord dat ze niet kennen, steken ze een vinger in de lucht. De eerste bladzijde gelezen en minder dan vijf vingers in de lucht? Grote kans dat dit boek past!
omringd door boeken
Wie graag aan het koken gaat, bevindt zich het best in een keuken. En zonder auto een rijbewijs halen, is geen evidentie. Precies daarom proberen we in onze klassen het aanbod aan boeken continu te versterken. Boeken van allerlei slag en soort, ‘grijpensklaar’!
Heeft u thuis nog leuke kinderboeken in zeer goede staat die gemist kunnen worden… wij geven ze graag een plekje in onze klas-bib!
racelezen
Snelheidsduivels, wat drijft hen, wat bezielt hen? We kunnen ze missen in het verkeer en al zeker in onze Vogelzang!
Het racelezen in het tweede leerjaar is minder gevaarlijk. Elke week leest ieder kind gedurende één minuut een rij woorden. Zo precies en… zo snel mogelijk. En dat met drie weken na elkaar telkens dezelfde woorden.
En ja, wat stralen die lezertjes als een flitspaal wanneer ze hun record van vorige keer verbreken.
geef eens een boek cadeau
De kinderen van het vijfde leerjaar hebben niet gewacht op december, cadeaumaand bij uitstek. Zij brachten onlangs van thuis een boek voor elkaar mee.
Mooi in geschenkverpakking. Een leuke activiteit met feestelijke strik!
versjesschort
Ook onze kleinste kaboutertjes houden van lezen, wat dacht u? En wat vallen die leuke gedichtjes uit de versjesschort van juf Katrien in de smaak! Gelukkig is het binnenkort Poëzieweek met extra versjes!
Lezen is dus heel belangrijk voor de taalontwikkeling. Maar wat als uw kind moeilijk te motiveren is? Vooreerst: u bent niet alleen! Het slechte nieuws… er bestaat geen toverformule waarmee leeswurmen worden gemaakt! Het goede nieuws: de wonderen zijn de wereld niet uit en de leestrein kan zomaar aan het bollen gaan.
Dit al eens geprobeerd?
Samen naar de bibliotheek gaan, met wat ‘leescenten’ de boekenhandel binnenwandelen, beurtlezen, een ‘boekenspeurtocht’ in huis, een beloningssysteem, een leesavondje zonder tv, een leesbingo!
NikNak
Met de Nik Nak letterkoekjes kan je woorden vormen. Maar er zijn ook Nik Nak boekjes.
Ze laten zich niet opeten. Maar wel lezen door anderstalige kinderen die zich, zoetjesaan, wagen in het boeiende rijk van onze taal. De leuke verhalen prijken er in hun moedertaal en in het Nederlands!
auteur in de Spotlight
Geen postbode? Geen brieven! Geen bakker? Geen brood! Geen rechter? Geen vonnis! Geen auteur… geen boek!
In het vierde leerjaar staat er telkens een andere schrijver in de kijker. Momenteel gaat het om Nadja Van Sever. Zij schrijft spannende en grappige boeken met een boodschap. Ze wil kinderen plezieren maar tegelijk ook doen nadenken over onderwerpen als ASS, ADHD, dyslexie, op de vlucht zijn, pesten.
boekbespreking
Wat doet het u, deze titel?
Juicht uw hart van vreugde en denkt u met nostalgische heimwee terug aan de tijd toen u zelf nog op school zat? Aan die keren dat u met volle teugen genoot van het aanprijzen van een boek met een aandachtige groep klasgenoten als publiek en een goedkeurend knikkende leerkracht als stimulans?
Of voelt u eerder een kouwe rilling van over de rug tot in uw kleinste teen lopen? En was uw boekbespreking enkel een verplicht nummertje waar een nerveuze zoektocht op internet en een slapeloze nacht aan vooraf waren gegaan?
Toegegeven, het blijft een spannende kwestie. Maar wel een leerrijke oefening in het helder samenvatten van een boek, het opbouwen van een presentatie, het durven spreken voor een groep, het delen van de eigen mening enzovoort.
Onze zesdeklassers hebben intussen hun eerste boekbespreking en bijhorende presentatie achter de rug. En er is heuglijk nieuws: ze hebben het allen overleefd en deden het meer dan behoorlijk goed!